Werken moet meer lonen om zo niet-werkenden te lokken naar de arbeidsmarkt. Dat lijkt het huidige economische mantra van onze politici. De belastinghervorming van Minister van Petegem komt hier mooi aan tegemoet. Dankzij een verhoging van de belastingvrije som zouden, zoals de Standaard hier berichtte, vooral de lagere lonen er procentueel sterk op vooruit gaan. Dit vergroot het verschil tussen werken en niet werken zonder de niet-werkenden (nog dieper) in de armoede te duwen. Toch kleurt het totaalplaatje niet zo rooskleurig. De hoogste inkomens krijgen namelijk het grootste voordeel en de niet-werkenden worden via een achterpoortje een beetje dieper de armoede in geduwd. # Een (voorstel tot) hervorming, eindelijk!
Ere wie ere toekomt, een belastinghervorming is in België broodnodig en dat Minister Van Peteghem meer dan een muis baart is lovenswaardig. Veel ingrepen zijn ook zeer goed. De belangrijkste is uiteraard de verhoging van de belastingvrije som, een goed instrument om de netto-lonen aan de onderkant van de inkomensverdeling op te krikken en zo “werken meer te laten lonen”. Dit kan een goed instrument zijn om de werkzaamheidsgraad omhoog te duwen, al mag men niet uit het oog verliezen dat onwerkbaar werk ook aan een iets hoger loon onwerkbaar blijft en dus kan leiden tot langdurige ziekte of burnout, maar dat terzijde.
Bouchez aan de leiband houden met veel geld
De andere kant van de inkomensverdeling, de 30% hoogste inkomens, krijgen daarbovenop nog een extra loonsverhoging doordat de belastingschijf van 50% slechts bij een hoger inkomen ingaat. De reden hiervoor is niet duidelijk, buiten als zoethoudertje voor de partij MR en de VLD als partijen voor de hoogste inkomens. Aan dat zoethoudertje voor de liberalen hangt echter een scherp prijskaartje, aangezien die groep 43% van de belastingverlaging capteert. De 30% werknemers met de hoogste inkomens krijgt een belastingverlaging van 1.9 miljard euro in de schoot geworpen, louter en alleen zodat Bouchez zich op Twitter gedeisd zou houden. Er is geen andere reden om deze topinkomens ten tijde van begrotingstekorten zo veel geld toe te werpen, als de doelstelling is om werken meer te laten lonen om zo de werkzaamheidsgraad op te krikken, slaat dit namelijk de bal geheel mis. Iemand met een inkomen van 6000 euro aarzelt namelijk nu al geen seconde tussen dat loon en het leefloon.
Btw op basisproducten is regressief
Met een begrotingstekort van jewelste is een algemene belastingverlaging niet verantwoordbaar, dus stelt Minister Van Peteghem onder andere voor om de btw op te trekken. Btw, zeker btw op basisproducten, treft echter disproportioneel de armere bevolking, aangezien zij een groter deel van hun loon aan basisbehoeften opdoen. Hogere nettolonen voor de onderste decielen allemaal goed en wel, maar als ze die hogere lonen kwijtspelen aan verhoogde btw kosten, resulteert de hervorming de facto in een herverdeling van de niet-actieven (die geen hoger inkomen krijgen, maar wel ook meer btw betalen) naar de hoogste inkomens (die wel hogere lonen krijgen, maar de btw verhoging amper voelen). Indien we grofweg aannemen dat de 1 miljard meerinkomsten aan btw ruwweg gelijk betaald worden door alle inkomensdecielen, dan rijft de 30% hoogste inkomens zelfs ongeveer 50% van de totale belastingvermindering binnen.
Een faire bijdrage van de hoogste inkomens?
Wordt de belastingvermindering voor hoge inkomens dan gecompenseerd door een hogere belasting op vermogen door middel van de effectentaks? In tegenstelling tot wat de grafiek in de Standaard liet uitschijnen, compenseert de “verdubbeling” van de effectentaks, als die er al komt, slechts 9% van de totale belastingverlaging. Een verdubbeling betekent namelijk ongeveer 400 miljoen extra. Al ben ik een grote voorstander van hogere belastingen op inkomens uit vermogen, dit staat ver van de beloofde dual income tax, waarbij inkomen uit kapitaal geen voorkeursbehandeling meer zou krijgen. Op een echte tax shift is het dus nog wachten.
Het voorstel bevat dus zeker een aantal zeer goede elementen, maar het behoudt toch een wrang nasmaakje aangezien er met veel belastinggeld wordt gesmeten naar de hoogste inkomens terwijl de onderkant van de samenleving zal moeten blijven knokken om het duurdere brood op de plank te krijgen. Een hervorming van ons fiscale stelsel blijft dus hoognodig, met een verschuiving van de lasten van arbeid naar kapitaal als belangrijkste element.